zaterdag 19 juni 2010

Drug of the Nation

Concertticket Crowded House
Sinds gisterenavond –rij 3 stoel 48, het begon tijdens een optreden van Crowded House in Vorst Nationaal te Brussel zo rond 21.30 uur- leeft Bloodwoosj als gevolg van een gelukkige samenloop van omstandigheden in een roes.
Even nog dreigde een opmerking uit het publiek “We need a prime minister” roet in het eten te gooien, maar dat werd handig opgelost door Neil Finn en de zijnen middels een geïmproviseerde minimalistische song vol Kraftwerkachtige electrobeats en peeps over een natie die zelfs tijdens een popconcert aan iets banaals als de zoektocht naar een nieuwe premier moest denken. Ook even later, toen tussen twee songs in het WK-voetbal ter sprake kwam gaf toetsenist Mark Hart blijk van ruim voldoende relativeringsvermogen door totaal niet in de gaten te hebben wat het onderwerp van gesprek was. Hoogtepunt van de avond: Alle belichting gedimd, met uitzondering van vier gloeiende voorwerpen aan de rand van het podium: vanuit het publiek gezien van links naar rechts: Mark’s goose, Neil’s mushroom, Matt’s Bambi en Nick’s goose. Te midden van deze setting van warme kunst en kitsch één geeloranjeachtige lichtstraal gericht op Neil Finn. De piano waarachter hij plaats heeft genomen is bedekt met een ouderwets aandoend jachttafereeltje in houtsnijwerk dat het gecamoufleerde uiterlijk heeft van een ouderwetse luidspreker. De song: “Message to my girl”, nog afkomstig uit de Split Enz era.
Links van mij Bloomefiemel (v), rechts van mij Brabinnetje (eveneens v en afkomstig uit hetzelfde gezin). Als ik bemerk dat rondom mij heen ruim 80% van het aanwezige publiek eveneens van het zwakke geslacht is en zachtjes heen en weer wiegt op het ritme van de muziek begint ook mijn hart mee te neuriën op het poëtische “bericht aan mijn meisje”.
Mmmmmmmmmmmmmm…….


Zaterdagmiddag 19 juni
In de auto op weg naar Sittard. Er moet vanavond wat dampends op tafel komen om de magen van B&B te vullen, dus waarom een bezoekje aan de super niet combineren met een al veel te lang uitgesteld grabbel en graai kwartiertje in de 3 voor 25 bak van de Free Record Shop?
Bij het bereiken van de hoek Rijksweg-Centrum / Kummenadestraat valt me iets op. Het is 13.40 uur en de straten zijn uitgestorven. Het regenwater mag dan wel heel eventjes met bakken tegelijk uit de hemel vallen, maar dat kan nooit de oorzaak van deze leegte zijn.
Ach, wat hou ik mezelf ook voor de gek. Het is me verdraaid goed bekend dat zojuist de voetbalwedstrijd Nederland-Japan begonnen is, ik wil gewoon genieten van het unieke moment dat je op een doorgaans overdrukke zaterdagmiddag vrij spel hebt op straat, niet om de haverklap iemand tegen je aanloopt in de winkelstraten en je zelfs op het Tempelplein probleemloos binnen 10 seconden een parkeerplaats vindt.
En inderdaad, onderweg constateer ik bijzonder tevreden dat wat de gemeente Sittard-Geleen met enkele tientallen miljoenen euri’s en diverse verbouwingen niet gelukt is, 22 spelers en 1 bal in het zuidelijkste zuiden van Afrika wel klaar krijgen:
De Rijkswegboulevard is voor de volledige 100% verkeersluw, want volledig uitgestorven.

Bij het naderen van het eerste verkeerslicht in het centrum van Sittard dat op rood staat (de rest onderweg stond functionerend, doch latent werkeloos op groen) doemt plots een medeweggebruiker voor mijn neus op.
Een vrouw?
Neen, een blik op de nummerplaat leert dat het om een Pool gaat die kennelijk als een van de weinige onwetenden (lees: ongedrogeerden) door de straten weet te rijden.
Aan de overzijde van de kruising blijkt nog een tweede heilige koe stil te staan; een witte nummerplaat met rode letters doet ook hier kond van het cleane karakter van de persoon achter het stuur.
Net als het witte kenteken dat begint met de zwarte letters HS, prijkend op de enige auto bovenop het parkeerdek van het ABC gebouw in hartje Sittard.

Op weg naar de FRS meer ongedrogeerden op straat, voor het overgrote deel gekenmerkt door één gemeenschappelijke eigenschap. Bij Abrunch op de tweede verdieping zitten twee vrouwen nippend aan een gekleurd drankje te kijken naar het weinige publiek op straat. Bij de AH achter de servicebalie twee ginnegappende meiden die ook zonder beeldbuis weten hoe je plezier kunt hebben met een half lege rol bedrijfsstickers. In de eerste de beste telecomshop die gepasseerd wordt geen enkele klant en uitsluitend drie medewerkers als zombies starend naar een 16:9 beeldscherm dat hen middels kennelijk via internet getransporteerde beelden de broodnodige shots geeft. De bakker: fleurige oranje etalage maar geen hond in de tent, bij Ernesto’s schijnt de zon volop op het terras, maar op dat terras zelf is geen hond te bekennen. Op de T-splitsing bij de Brandstraat brengt een muzikant op niet onverdienstelijke wijze “Luka” van Suzanne Vega ten gehore. Op één dame na die meer oog heeft voor het beeld op haar mobieltje dan voor de schrijnende tekst van het nummer, is er niemand die oor heeft voor de gitaar of zang.
Niemand, maar dan ook helemaal niemand, want er is gewoon helemaal niemand.

De straten zijn leeg, de natie is gedrogeerd.
Bijeengeklonterd op de spaarzame punten waar de plaatselijke middenstand een scherm heeft opgezet, variërend in grootte van 2 (café in de Limbrichterstraat) tot 15 vierkante meter (eetcafé de Buren aan de Markt). Via de schermen wordt de natie live voorzien van hun verdovende dosis. Kennelijk op doeltreffende wijze want overal zijn de toegestroomde verslaafden high van het getoonde en hebben slechts oog voor DE bal op HET beeld.
Bedrijfskantines werden gesierd met soortgelijke injectoren, allen in het populaire 16:9 formaat, om maar te voorkomen dat hun werknemers zich ziek zouden melden op het moment suprême. Ja, zelfs onderwijsinstellingen besluiten doordeweeks hun lessen ’s-ochtends vroeger te laten beginnen zodat de schoolgaande verslaafden ’s middags toch vooral maar geen seconde zonder verdovend middel zullen komen zitten.
Straten zijn leeg, de natie is gedrogeerd.

Slechts hier en daar een voorbijganger. Een moeder en haar dochter arm in arm met twee volle boodschappentassen. Twee vriendinnen bij de Douglas proberen een rose lippenstift uit op de rug van hun hand, een paar meisjes zwerven op het oog doelloos over de sieradenafdeling van de V&D.
Na het doorzoeken van de 3 voor 25 DVD-bak van de FRS zet Bloodwoosj koers naar de kassa met in de hand “De laatste dagen van Emma Blank”, “Der Blaue Engel” en “The Boy with the Striped Pyjamas”.
Achter de kassa een betoverend meisje, dat ik uitgebreid zou kunnen gaan beschrijven, maar waarvan ik me beperk tot de drie zaken die me over een week waarschijnlijk nog steeds door op het netvlies gebrand staan: een ongedrogeerde glimlach, een tiental sproetjes op een blossige achtergrond en een moedervlek die net boven de rand van haar BH uitsteekt.

Daarna met 80 per uur (waar 50 is toegestaan) over de nog steeds lege Rijkswegboulevard terug naar Geleen, ter hoogte van de Foroxity door het rood rijdend, immers geen verkeer of politieagent in de wijde omtrek te bekennen, daarbij het op de heenweg gevestigde record van 8 minuten en 40 seconden resoluut naar de archieven verwijzend.

Over twee weken is het WK afgelopen en zal de natie massaal moeten afkicken.
Nu zijn de straten nog steeds leeg en de natie gedrogeerd.
Bloodwoosj geniet met volle teugen.
In de CD-speler draait voor de derde keer vandaag “Message to my Girl”.
Aan mij zullen ze in de afkick-kliniek geen rooie cent verdienen.
Morgen is het zondag.
Jammer.
Moet ik tot maandag wachten eer ik weer naar de Free Record Shop kan...


Een verkeersluwe Rijkswegboulevard op zaterdagmiddag 13.50 uur !!!
Uitgestorven terras
My name is Luka

zaterdag 12 juni 2010

Even tot tien tellen ...

Baracke 38 Speiseraum

Datum: Woensdag 9 juni 2010
Tijdstip: circa 11.10 uur
Plaats: Baracke 38, Konzentrationslager Sachsenhausen, Deutschland
Moeilijkheidsgraad op de schaal van zelfbeheersing: 5 (=maximum)

Ieder jaar in juni gaat Bloodwoosj met collegae en eindexamenleerlingen op een 4-daagse reis naar de mooie Duitse hoofdstad Berlijn. Behalve ontspanning, cultuur, shoppen en een enkel museum maakt ook een gezamenlijk bezoek aan het 20 kilometer ten noorden van de stad gelegen concentratiekamp Sachsenhausen deel uit van het programma. Zo ook afgelopen woensdagochtend. Na een introductie bij de maquette naast het bezoekerscentrum en het passeren van het indrukwekkende “Arbeit macht frei” volgt nog een aanvullende uitleg op de immens grote Appelplatz en zijn de leerlingen daarna vrij om individueel, in groepjes of met een docent over het terrein te lopen en de diverse monumenten, tentoonstellingen, barakken en sites te bezoeken. Over onze leerlingen (de meesten rond de 16 jaar) hoeven wij ons niet bezorgd te maken. Zij vertonen telkens opnieuw gedrag waaraan menig volwassen bezoeker nog een voorbeeld zou kunnen nemen. Ieder jaar opnieuw blijft het ook voor onszelf een bijzonder moment hier een ochtend rond te lopen en geconfronteerd te worden met de onvoorstelbare gruwelijkheden waartoe de mensheid in staat blijkt te zijn.
Zoals gezegd, een bijzonder moment, zo ook dit jaar, maar dan wel op een totaal andere wijze dan alle voorgaande jaren. Ondanks dat dit na o.a. Bergen-Belsen, Dachau en Buchenwald zo ongeveer het tiende bezoek van Bloodwoosj aan een concentratiekamp moet zijn geweest stonden woensdagochtend om 11.10 uur in barak 38 even alle radertjes in de bovenkamer stil. Barak 38 is een gebouw in het zogenaamde “kleine Lager” waar na een brandstichting door neonazi’s in 1992 men een tentoonstelling over het leven van Joodse gevangenen aan de hand van persoonlijke levenslopen heeft opgebouwd. Ernaast in dezelfde barak kan men o.a. een originele wasruimte, toiletruimte en slaapruimte met stapelbedden voor 250 gevangenen bezoeken. Nietsvermoedend voor het vierde achtereenvolgende jaar binnentredend in deze indrukwekkende ruimte slingert een vinnige vrouwenstem mij op uitermate bitse wijze in het Duits een aantal teksten naar mijn hoofd:
Hoe wij “het in ons hoofd halen hier binnen te komen” terwijl “wij het haar onmogelijk maken haar groep informatie te verschaffen” en dat we “op zo’n plek als deze best wat meer respect mogen tonen” en of we dan maar “willen maken dat we wegkomen door naar buiten te gaan” en -nu komt ie, zet je even schrap en houd je goed vast-
“Ich bin Mitarbeiterin vom KZ”.

Wat????? Is mevrouw een educatief medewerkster van het concentratiekamp zelf? Tegelijkertijd flitsen er de meest uiteenlopende gedachten en gevoelens door mijn hoofd. Uiterlijk laat ik alles zo gelaten mogelijk over me heen gaan, knik instemmend ja, maar innerlijk galmt een stemmetje: “Bloodwoosj, nu even tot tien tellen anders gaan er bijzonder onprettige zaken uit je mond komen. En dat zijn géén zaken die de sfeer hier ten goede zullen komen.”
Frappant detail: terwijl de stil toehorende (Duitse?) scholieren met zijn tienen rustig op de houten banken in de originele eetzaal uit ’36-‘45 zitten, ligt de educatief medewerkster haast als een Caesar-achtig figuur schuin achterover leunend op een van de tafels om haar publiek op educatief verantwoorde wijze toe te spreken en ons asociale bezoekers op educatief verantwoorde wijze weer met twee voeten op de grond te brengen.
De druiven worden haar nog net niet tot de mond gebracht…
Let wel: barak 38 is een openbare ruimte waar eenieder zonder enige restrictie toegang heeft om rond te kijken en informatie tot zich te nemen. Binnen het KZ zijn verscheidene niet-openbare ruimtes die gebruikt kunnen worden voor lessen, voordrachten etc.
Educatief totaal onverantwoord telt Bloodwoosj zonder enig geluid uit te kramen tot tien en spreekt vervolgens de dichtstbijzijnde leerlinge van de eigen school toe: “Ga maar naar buiten anders word ik boos” om er nog aan toe te voegen “maar niet op jouw hoor!”.
Bij deze Suzy: sorry van mij!

Een tiental minuten later na het bezichtigen van de tentoonstellingsruimte met Nazipropaganda, wandelend langs resten van lederen voorwerpen die ooit toebehoord hebben aan joodse gevangenen en na wederom geraakt te worden door de afbeelding van “der Untermensch” is daar plotseling een wand waar iedere bezoeker zijn gedachten en gevoelens met een potlood op een vel papier de vrije loop mag laten gaan. Aan het eind van de dag wordt dan de wand leeggehaald door de medewerkers van het KZ zodat de vele duizenden bezoekers die morgen hier langs gaan komen ook weer voldoende plek hebben om hun boodschap op papier achter te laten.
De laatste zin trekt de aandacht van Bloodwoosj. Er wordt speciaal vermeld dat ook kritiek van harte welkom is.

Welnu, in mijn beste steenkolenduits heb ik mijn boodschap achtergelaten.
Na een serie lovende woorden over het vele vrijwilligerswerk, waarmee de belangrijke rol van KZ Sachsenhausen ook voor toekomstige generaties behouden wordt en het blaadje aan de achterkant ondertekend te hebben onder eigen naam en de naam van onze school, meende ik het gedrag van de virtuele druiven etende Mitarbeiterin op hopelijk constructieve wijze te moeten samenvatten met de laatste woorden: “Ich denke doch das wir allen gleich sind. Oder?”
De lezer ziet, in oprechte kritiek geven is Bloodwoosj niet zo goed.
In tellen tot tien des te beter.
Vandaag, zaterdag 12 juni 2010, drie dagen en vele malen tot tien tellen later, is een beschaafde, persoonlijke brief op milde toon en zonder “beschimpfende Wörter” naar de afdeling educatie van Konzentrationslager Sachsenhausen onderweg.
Bloodwoosj kan zonder schaamte weer recht in de spiegel kijken.
Nu maar hopen dat men ook in Sachsenhausen tot tien kan tellen.


Pathlogiegebäude KZ Sachsenhausen

zaterdag 5 juni 2010

Musical Youth with Bambix

Pepsi & Flupke

This generation
Rules the nation
With version

Music happen to be the food of love
Sounds to really make you rub and scrub

'Cause me say listen to the drummer, me say listen to the bass
Give me little music make me wind up me waist
Me say listen to the drummer, me say listen to the bass
Give me little music make me wind up me waist, I say

I say: Pass the Dutchie on the left hand side
Pass the Dutchie on the left hand side
It a gonna burn, give me music make me jump and prance
It a go done, give me the music make me rock in the dance




-Algemene bekendmaking-
Heden, zaterdag 5 juni 2010, verscheen voor mij, Henricus Jacobus Kwaak, ambtenaar van de burgerlijke stand te Kingston/Jamaica, Helen "Pepsi" DeMacque, woonachtig aan de andere kant van de grote vijver, om aan te geven de geboorte van Flupke Timmerman. Gezien zijn kwajongensstreken is Flupke waarschijnlijk van het mannelijk geslacht, wat 100% vast staat is dat hij gezegend is met muzikale ouders Gert & Hermien.
Onder het genot van het nodige multivitaminaal zangzaad en een glaasje prik werden diverse documenten en formaliteiten afgehandeld waarna tot het draaien van een feestelijk plaatje kon worden overgegaan. Flupke was erg hongerig en piepte en scratchte net zo lang totdat de kookpot met bambix naar zijn zijde geschoven werd.
Dat gaat wat beloven voor de toekomst...

Pepsi & Flupke & de Bambix

woensdag 2 juni 2010

Musical Mamas

Afgelopen zaterdag was een vruchtbare dag op muzikaal gebied. De Duitse Lena won voor haar land het Eurovisie Songfestival met een verpletterende voorsprong op haar concurrenten, terwijl in ons eigen kikkerlandje op dezelfde avond Jaap met minimaal verschil de finale van de X–factor in zijn voordeel wist te beslechten ten koste van concurrent Maaike. Beide “fenomenen” gingen aan huize B&B geruisloos voorbij gezien het feit dat ons beider muzieksmaken ietsje anders liggen dan de grijze eenheidspulp. Neen, in huize B&B, of beter gezegd, in het hok achter huize B&B, werden melodieuze plannetjes van geheel andere aard uitgebroed. Wat wil n.l. het geval: enige tijd geleden heeft onze Gert onze Hermien betrokken, waarna Hermien een klein en lichtgroen ovaalvormig geval produceerde dat zich onmiddellijk werd toegeëigend door Pepsi (van het in de jaren 80 welbekende duo Pepsi & Shirlie) die een en ander op gepaste afstand met de nodige jaloezie had gadegeslagen.
Daar Gert er geen genoeg van kon krijgen en zijn leuter nog tweemaal in Hermien meende te moeten laten rondfladderen kon enkele dagen later Pepsi, die zich inmiddels in privé omgeving een lekker bedje van stro gecreëerd had, nogmaals twee lichtgroene legsels stijf van de hormonen naar zich toe scharen.
Die eerste keer was vandaag op de kop af 23 dagen geleden en vanmiddag werd er geheel volgens de biologische verwachting uit de hoek van Pepsi een eerste ruwe demo-song waargenomen waarbij zelfs Jerney Kaagman, die normaal toch nog nauwelijks één gezichtsspier vertrekt, ongetwijfeld haar emoties de vrije loop had gelaten.
Piep, piep, piep klonk het vanonder Pepsi.
Gelijktijdig gingen Gert en Hermien buiten haast door het lint –werden gelukkig tegengehouden door een stevig stukje kippengaas- en begonnen zelfs Tante Leen (zwart vederkleed) en Shirlie (bruin, maar met een grijs staartje, in tegenstelling tot de magerdere Pepsi die een zwart staartje heeft) te kakelen zonder dat ook maar één van hen zelf een ei hoefde te leggen.

De muzikale (en internationale) kruisbestuiving in huize B&B mag met ingang van vandaag een feit genoemd worden:
Kip Pepsi is (adoptief) moeder geworden van een telg uit het eendengezin Gert en Hermien!

Hoe de jongeling gedoopt gaat worden is nog onbekend. Moeder Pepsi heeft het op dit moment nog te druk met zowel haar pasgeboren broedsel dat ze angstvallig verborgen houdt, alsook met de resterende twee lichtgroene ovalen die hopelijk nog meer muzikaal talent gaan opleveren de komende dagen.
Geen tijd dus om aangifte te doen bij de burgerlijke stand, eerst dienen de twee andere muzikale talentjes het levenslicht te aanschouwen en dan zien we wel verder.
Mochten zich alvast muziekmaatschappijen, managers en/of impresarios willen aanmelden om de nieuwe talentjes klaar te stomen voor het songfestival van 2030, vergeet het maar, voorlopig wordt al het gekwetter, gepiep en gesnater in eigen beheer uitgegeven.
Wordt vervolgd …
Pepsi broedend op de nazaten van Gert en Hermien